Met deze inspiratiesessie willen we leerkrachten (extra) handvaten geven om aan de slag te gaan met de diachroon-historische ontwikkeling van het Latijn, van preklassiek tot postklassiek, met aandacht voor (1) de ontwikkeling van de taal (fonologie, morfologie, syntaxis) en haar schrift en (2) het contact van het Latijn met andere talen (vnl. Oudgrieks en de volkstalen). Er wordt een algemene inleiding geboden. De docent geeft daarna een best-of uit zijn eigen ervaring en speelt bovendien in op de noden en interesses van de deelnemers, die de kans krijgen die op voorhand via dit formulier te delen.
Doelgroep: leraren Latijn van de 2de en 3de graad.

Deze werkwinkel richt zich op beginnende gebruikers van artificiële intelligentie. De focus ligt op het gebruik van tekstgebaseerde functies van artificiële intelligentie en hoe deze kunnen toegepast worden in de lessen klassieke talen. De bedoeling is vooral om elkaar te verrijken met ideeën en een summiere oplijsting te bieden van enkele voorbeelden voor de lespraktijk. Concreet wordt er stilgestaan bij enkele manieren waarop deze chatbots kunnen toegepast worden door leerkrachten bij hun voorbereidingen (bv. genereren van oefeningen, versimpelen van teksten ...). Dit wordt gedaan aan de hand van een PowerPoint, waarop enkele toepassingen worden getoond. Daarnaast wordt er ingegaan op welke plek deze chatbots hebben in de les bij leerlingen (bv. als vertaalhulp, vorm van levend Latijn/Grieks ...). In deze sessie is er ook ruimte voor discussie en het uitwisselen van ideeën en toepassingen.
Doelgroep: leraren Latijn en Grieks van de drie graden zijn welkom. 

De Nederlandse historicus Johan Huizinga publiceerde in 1938 'Homo Ludens', de spelende mens. In dit boek onderzocht hij het concept spel als wezenlijk kenmerk van menselijke beschaving. Elke mens speelt. Maar wil dat dan ook zeggen dat het spelen van een spel leerlingen helpt om iets te leren? Tijdens deze werkwinkel gaan we op zoek naar de voor- en nadelen van game-based learning. We bekijken criteria om spellen te selecteren voor een les klassieke talen en doen inspiratie op voor spellen. Op basis van een instructiemodel gaan we aan de slag met het praktische gebruik van een spel in de les klassieke talen Bij alles staat de vraag centraal: hoe wordt de leerling hier beter van?
Doelgroep: leerkrachten (in opleiding).

In deze werkwinkel maken leerkrachten kennis met postklassieke wetenschappelijke teksten die toegankelijk zijn voor leerlingen Latijn in het vierde, vijfde en zesde jaar. We starten met een korte algemene beschouwing over de rol van het Latijn in de ontwikkeling van de natuurfilosofie en wetenschappen in de vroegmoderne periode. Vervolgens reiken we concreet tekstmateriaal aan dat inspeelt op de noden en de bestaande lespraktijk van leerkrachten Latijn. Zo ontdekken we de aanschouwelijkheid en literaire rijkdom van de titelpagina's van wetenschappelijke werken. Ook koppelen we Plinius' brief over de Vesuviusuitbarsting aan René Descartes' onderzoek naar aardbevingen en bespreken we Latijnse poëzie in het werk van de Brugse ingenieur Simon Stevin. Ten slotte bouwen we een lessenreeks op waarin Aeneas' boottocht vanuit Troje ons via Copernicus tot bij Newton en zijn befaamde bewegingswetten brengt.
Doelgroep: leraren Latijn van het 4de, 5de en 6de jaar.

Met deze inspiratiesessie willen we leerkrachten (extra) handvaten geven om aan de slag te gaan met de diachroon-historische ontwikkeling van het Latijn, van preklassiek tot postklassiek, met aandacht voor (1) de ontwikkeling van de taal (fonologie, morfologie, syntaxis) en haar schrift en (2) het contact van het Latijn met andere talen (vnl. Oudgrieks en de volkstalen). Er wordt een algemene inleiding geboden. De docent geeft daarna een best-of uit zijn eigen ervaring en speelt bovendien in op de noden en interesses van de deelnemers, die de kans krijgen die op voorhand via dit formulier te delen.
Doelgroep: leraren Latijn van de 2de en 3de graad.

Deze werkwinkel richt zich op beginnende gebruikers van artificiële intelligentie. De focus ligt op het gebruik van tekstgebaseerde functies van artificiële intelligentie en hoe deze kunnen toegepast worden in de lessen klassieke talen. De bedoeling is vooral om elkaar te verrijken met ideeën en een summiere oplijsting te bieden van enkele voorbeelden voor de lespraktijk. Concreet wordt er stilgestaan bij enkele manieren waarop deze chatbots kunnen toegepast worden door leerkrachten bij hun voorbereidingen (bv. genereren van oefeningen, versimpelen van teksten ...). Dit wordt gedaan aan de hand van een PowerPoint, waarop enkele toepassingen worden getoond. Daarnaast wordt er ingegaan op welke plek deze chatbots hebben in de les bij leerlingen (bv. als vertaalhulp, vorm van levend Latijn/Grieks ...). In deze sessie is er ook ruimte voor discussie en het uitwisselen van ideeën en toepassingen.
Doelgroep: leraren Latijn en Grieks van de drie graden zijn welkom. 

We starten met een confronterende blik op de cijfers: hoe evolueert het leerlingenaantal voor Latijn en Grieks, en wat betekent dat voor ons vak? Vervolgens duiken we in een theoretisch kader rond motivatie - wat drijft leerlingen om te kiezen voor klassieke talen, en hoe kunnen we daarop inspelen?
Vanuit dit kader reiken we een waaier aan praktijkvoorbeelden aan, inzetbaar in de 1ste, 2de en 3de graad. We stellen zowel kleine ingrepen als grotere jaaracties voor. Daarna is er ruimte voor dialoog en uitwisseling: wat inspireert, wat doe je zelf al in jouw lessen? 
Tot slot stellen alle deelnemers een concreet actieplan op, afgestemd op hun eigen schoolcontext.
Doelgroep: leerkrachten Latijn en Grieks die hun leerlingen willen motiveren met haalbare ingrepen, leerkrachten die zich zorgen maken over hun leerlingenaantallen en niet weten hoe ze dit moeten aanpakken. 

In deze werkwinkel maken leerkrachten kennis met postklassieke wetenschappelijke teksten die toegankelijk zijn voor leerlingen Latijn in het vierde, vijfde en zesde jaar. We starten met een korte algemene beschouwing over de rol van het Latijn in de ontwikkeling van de natuurfilosofie en wetenschappen in de vroegmoderne periode. Vervolgens reiken we concreet tekstmateriaal aan dat inspeelt op de noden en de bestaande lespraktijk van leerkrachten Latijn. Zo ontdekken we de aanschouwelijkheid en literaire rijkdom van de titelpagina's van wetenschappelijke werken. Ook koppelen we Plinius' brief over de Vesuviusuitbarsting aan René Descartes' onderzoek naar aardbevingen en bespreken we Latijnse poëzie in het werk van de Brugse ingenieur Simon Stevin. Ten slotte bouwen we een lessenreeks op waarin Aeneas' boottocht vanuit Troje ons via Copernicus tot bij Newton en zijn befaamde bewegingswetten brengt.
Doelgroep: leraren Latijn van het 4de, 5de en 6de jaar.