Het gedachtegoed van Feuerstein wordt terecht gelinkt aan het ontwikkelingsgericht werken met kinderen. Zijn visie en de middelen die hij ontwierp zijn nog steeds actueel en zeer bruikbaar. Meer zelfs, het is pas de laatste 3 decennia dat Feuerstein internationaal de waardering krijgt die hij verdient: Perkins, Gardner, Sternberg, Costa, en andere vooraanstaande cognitieve psychologen verwijzen graag naar zijn werk als bron voor hun eigen ideeën.
Ook de middelen die Feuerstein uitwerkte om zijn theorie waar te maken – het instrumenteel verrijkingsprogramma (IVP), het LPAD (dynamisch testprogramma) en de cognitieve kaart – blijven in onderwijs, therapie en zorg erg waardevol.
Misschien ligt de grootste verdienste van Feuerstein wel in het belang dat hij hecht aan de houding van de begeleider, de mediator. Prof. Luc Stevens schrijft terecht: de begeleider eerst, dan het kind. Feuerstein schreef de basis van de houding van de begeleider uit in zijn ‘theorie van de gemedieerde leerervaring’. Anderen verfijnden deze theorie naar bepaalde doelgroepen toe.
In het Nederlandse taalgebied hebben CeBCO, StiBCO, CeSMOO e.a. reeds heel wat werk verzet om dit gedachtegoed kenbaar te maken. Voor de eerste keer organiseert CeSMOO een opleiding waarin de deelnemers met de verschillende aspecten kunnen kennis maken. Omwille van de hoeveelheid informatie van Feuersteins gedachtengoed, is het belangrijk dat deelnemers bewust zijn dat de 4 lesdagen een introductie zijn. De deelnemers worden wel actief betrokken om de verschillende elementen aan bod te laten komen