De onderwijshervorming in de eerste graad brengt naast nieuwe leerplannen en inhoudelijk accenten ook organisatorische veranderingen met zich mee. Veel scholen kiezen ervoor om naast traditionele vakuren ook in te zetten op alternatieven zoals flexuren, remediëringsuren, plusuren, differentiatie-uren, verdiepingsuren, projectweken en horizonuren. In veel scholen zien we dat het vak Nederlands een plaats krijgt in deze nieuwe organisatievormen.

In dit traject vertrekken we van deze realiteit, kijken we naar verschillende invullingen en gaan we samen op zoek naar een sterke didactische invulling.

In de eerste sessie kijken we naar verschillende organisatievormen en staan we stil bij manieren om met en naast de taxonomie van Bloom in te gaan op remediëring, verbreding en verdieping binnen een leerlingengroep. We vertrekken hiervoor in eerste instantie vanuit de leerplandoelen Nederlands.

In de tweede sessie kijken we naar praktische invullingen van weekplanningen, instructiefiches en uitwerkingen. We leggen elkaar ook vragen voor en delen de werking op onze scholen.

In de derde sessie leggen we concreet lesmateriaal op tafel en gaan we in op didactische verfijning.